|
Bij zwanen is er geen verschil in verenkleed tussen het mannetje en vrouwtje. Zwanen zijn monogaam; een paar blijft hun hele leven bij elkaar. Het nest bevindt zich op de grond of op een berg plantaardig materiaal in of op de oever van water. Het vrouwtje broedt gemiddeld zes bleke, effen eieren uit. Ondertussen houdt het mannetje de wacht. Bij het verdedigen van hun broedsel kunnen mannetjes behoorlijk agressief zijn. Hierbij schuwen ze zelfs niet om te dichtbij komende mensen aan te vliegen. De taak van het mannetje houdt niet op bij het bewaken van het broedende vrouwtje: bij sommige soorten helpt het mannetje ook met het uitbroeden van de eieren. De nestjongen hebben nog een grijze of bruine donsvacht en een relatief korte hals. Al een paar uur na het uitkomen, kunnen ze al lopen en zwemmen. Het zijn dus nestvlieders. Gedurende enkele maanden worden de jongen door beide ouders warm gehouden en bewaakt. Voedsel zoeken doen ze zelf. Een zwaan leeft in het wild ongeveer 20 jaar. 's Winters leven ze in troepen. De zwanen met 4 "kinderen" op 07-11-06.
De zwanen met 4 "kinderen" op 05-10-06.
De zwanen met 4 "kinderen" op 17-08-06. Ze zijn weer flink gegroeid.!
De zwanen met 4 "kinderen" op 24-07-06. Ze zijn weer flink gegroeid.!
|